De lucht is grijs en de wereld is nat
Het wordt al snel schemerig op mijn pad
Ik zwoeg op mijn fiets tegen de wind
De kleuren krijgen nu een grauwe tint
Uit de huizen stroomt het licht naar buiten
De regendruppels glinsteren op de ruiten
Het is daarbinnen vast ook warmer
Mijn gezicht doorweekt en koud als marmer
Eenzaamheid valt als een deken over me heen
Hier in de buitenwereld zo helemaal alleen
Onder de dreigende zwaaiende bomen
Denk ik alleen nog maar aan thuiskomen
Toch voel ik me niet echt verlaten
Het geeft me kracht met U te praten
Want waar en in welke situatie ik ook zit
U bent nabij, ik neurie, zing en ik bid
En dan ineens, ik zie al het licht
Mijn warme thuis, het is in zicht
Het duister zal alweer niet winnen
Want dan stap ik de Liefde binnen
Helena.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten